Basispatroon voor meerderen met 6 steken

Geschreven door: Lisa Kievits

29 augustus 2024

In veel patronen waarbij er met vasten wordt gehaakt is het gebruikelijk om met 6 steken te beginnen. Dit wordt bijvoorbeeld veel gebruikt in amigurumi's, maar ook voor de onderkant van een plantenpot of andere home-deco haakpatronen.

Bij het haken van een cirkel heb je meerdere technieken die je kunt gebruiken. Zo is er als eerst de keuze tussen haken in spiraal of haken met gesloten toeren. Ook kun je gelijkmatig meerderen in een toer, of afwisselend meerderen. Hieronder lees je over alle methodes meer informatie.

Daarnaast kun je een basispatroon voor zowel gelijkmatig meerderen als afwisselend meerderen onderaan deze blog vinden.

Onderkant van een houder in spiraal gehaakt

LKCreativeness houder, in spiraal gehaakt

Twee opties: gesloten en spiraal

Je hebt twee opties voor het haken van een basis: in spiraal of met gesloten toeren. Beide opties hebben voor- en nadelen.

Haken in spiraal

Je sluit de toeren niet met een halve vaste.
Je kunt in dit geval het beste een stekenmarkeerder gebruiken, die je in de laatste steek van de toer plaatst. Zo kun je nooit het einde/begin van de toeren kwijt raken.
Je ziet geen overgang van de toeren, waardoor het haakwerk er strakker uit ziet.
Deze methode wordt veel gebruikt voor bijvoorbeeld amigurumi's.

Gesloten toeren

Je sluit de toer steeds met een halve vaste, en begint de volgende toer met 1 losse.
De eerste vaste van de toer gaat altijd in dezelfdesteek als waar de halve vaste van het einde van de vorige toer ook in is gehaakt.
Let erop dat je aan het einde van de toer de halve vaste van de eerdere toer overslaat, zodat je niet per ongelijk meerdert. Ook sla je de beginlosse over.
Met deze methode is het begin/einde van de toer goed te zien. Hierdoor krijg je ook een duidelijke lijn te zien waar de toeren beginnen en eindigen in het uiteindelijke haakwerk.
Deze methode wordt veel gebruikt voor bijvoorbeeld home-deco haakwerkjes.

Twee opties: afwisselend of gelijkmatig

Bij het haken van een basis blijf je gedurende het patroon meerderen. Je blijft in dit geval altijd met 6 steken meerderen.

Heb je te weinig meerderingen; dan trekt het haakwerk krom, doordat je te weinig steken krijgt.

Heb je teveel meerderingen; dan gaat het haakwerk bobbelen, omdat je dan teveel steken krijgt.

De verdeling waarop je in een toer meerdert kan op twee manieren: afwisselend of gelijkmatig. Het verschil zit in de steek waarin je meerdert. De positionering van de meerderingen in een toer zijn verschillend, wat invloed heeft op de vorm van het haakwerk.

Een voorbeeld

Toer 8 gelijkmatig: [6 v, 2 v in volg] x6
Toer 8 afwisselend: [3 v, 2 v in volg, 3 v] x6

In beide gevallen komt het totaal aantal steken van de toer op 48 uit.

In toer 8 van gelijkmatig zit de meerding in de 7e steek, namelijk: je haakt 6 vasten, en meerdert in de volgende steek.

In toer 8 van afwisselend zit de meerdering in de 4e steek, namelijk: je haakt 3 vasten en meerdert in de volgende steek, daarna haak je nog 3 vasten. Hier zie je dat de vasten voor en na de meerdering zijn verdeeld. Ook nu komt het totaal op 6 vasten + een meerdering uit.

Gelijkmatig meerderen

Dit is de standaard manier van meerderen.
Je krijgt een vast patroon in de meerderingen, namelijk altijd in de tweede steek van de vorige meerdering.
Je krijgt een zeshoekige vorm in je haakwerk.

Afwisselend meerderen

Dit wordt gebruikt om te zorgen dat het haakwerk netjes rond blijft.
Omdat je steeds in een andere steek meerdert, krijg je geen zeshoekige vorm.
De meerdering van de toeren wisselt tussen 'verdeeld' en 'normaal'. Zo zit bijvoorbeeld de meerdering in toer 8 steeds in de 4e steek, en in toer 9 steeds in de 8e steek.

Patroon om te volgen: gelijkmatig meerderen

Dit patroon is tot en met 27 toeren uitgewerkt. Wil je na de 162 steken nog verder blijven meerderen? Laat het gerust weten, dan voeg ik nog een aantal toeren extra toe. Je blijft ook dan steeds met 6 steken meerderen.

Afkortingen die in dit patroon worden gebruikt:

mr = magische ring

volg = volgende

v = vaste

[...] = instructies tussen [...] moeten een x aantal keer herhaald worden

Toer	Instructies	Totaal aantal steken
1	6 v in mr	6
2	2 v in iedere v	12
3	[1 v, 2 v in volg] x6	18
4	[2 v, 2 v in volg] x6	24
5	[3 v, 2 v in volg] x6	30
6	[4 v, 2 v in volg] x6	36
7	[5 v, 2 v in volg] x6	42
8	[6 v, 2 v in volg] x6	48
9	[7 v, 2 v in volg] x6	54
10	[8 v, 2 v in volg] x6	60
11	[9 v, 2 v in volg] x6	66
12	[10 v, 2 v in volg] x6	72
13	[11 v, 2 v in volg] x6	78
14	[12 v, 2 v in volg] x6	84
15	[13 v, 2 v in volg] x6	90
16	[14 v, 2 v in volg] x6	96
17	[15 v, 2 v in volg] x6	102
18	[16 v, 2 v in volg] x6	108
19	[17 v, 2 v in volg] x6	114
20	[18 v, 2 v in volg] x6	120
21	[19 v, 2 v in volg] x6	126
22	[20 v, 2 v in volg] x6	132
23	[21 v, 2 v in volg] x6	138
24	[22 v, 2 v in volg] x6	144
25	[23 v, 2 v in volg] x6	150
26	[24 v, 2 v in volg] x6	156
27	[25 v, 2 v in volg] x6	162

Patroon om te volgen: afwisselend meerderen